Marketing Decision Support Systems: Adoption, Use and Satisfaction

This paper deals with marketing decision support systems (MDSS) in companies. In a conceptual framework five categories of factors are distinguished that potentially affect adoption, use, and satisfaction: external environment factors, organizational factors, task environment factors, user factors and implementation factors. Hypotheses are developed and tested on data from a survey of 525 companies. The factors that determine the adoption of an MDSS are different from the factors that affect the success of an MDSS, once it has been installed. For adoption, support from inside the company, communication and knowledge about MDSS are crucial. For the subsequent success of an MDSS, involvement of the user, sophistication, adaptability of the system and the possibility of direct interaction with the system are important. MDSS are primarily adopted to obtain information and not to upgrade (add value to) existing information. Companies in consumer goods are ahead of companies in the business-to-business sector, but this difference is likely to decrease in the future

Marketing Decision Support Systemen in kort bestek

Voor u liggen de uitkomsten van een onderzoek over marketing decision support systemen bij Nederlandse bedrijven. Bij marketing decision support systemen worden de mogelijkbeden die de moderne informaticatechnologie biedt, aangewend ten behoeve van het marketing management. Door de toename en internationalisering van de concurrentie, door de snelle veranderingen in distributiekanalen en door het steeds hoger wordende tempo van produktvernieuwing (en veroudering) worden dergelijke marketing decision support systemen steeds meer een kritische succesfactor voor een onderneming. Door het snel toenemende aanbod van gegevens, bijvoorbeeld als gevolg van barcode-scanning, en door het steeds sneller beschikbaar komen van deze gegevens via systemen zoals Electronic Data Interchange (EDI) kunnen ook steeds betere marketing decision support systemen worden gebouwd. In deze studie is een momentopname gemaakt van de huidige stand van zaken met betrekking tot marketing decision support systemen in Nederland. Niet alleen is gekeken naar de mate waarin bedrijven over deze systemen beschikken, en de wijze waarop ze deze gebruiken, maar ook naar de factoren die aanschaf en gebruik bevorderen, zoals de wijze van implementatie en de attitude met betrekking tot marketing management. Verder is de intentie onderzocht om een marketing decision support systeem aan te schaffen c.q. te ontwikkelen bij bedrijven die op dit moment daar nog niet over beschikken

Marketing Decision Support Systemen in hun bedrijfsomgeving

Recentelijk zijn drie Nederlandse onderzoeken naar Marketing Decision Support Systemen (MDSS)' gepubliceerd. Van Campen, Huizingh, Oude Ophuis en Wierenga (1991) inventariseerden de aanwezigheid, de kenmerken en het gebruik van MDSS. Huizingh (1992a) onderzocht het toenemende gebruik van marketing informatiesystemen voor beslissingsondersteuning en formuleerde een ontwikkelingspad voor deze systemen. Van Bruggen (1993) concentreerde zich op de effectiviteit van MDSS en stelde zich de vraag in welke mate MDSS leiden tot betere beslissingen en welke randvoorwaarden daarbij een rol spelen. De overeenkomst tussen al deze onderzoeken is dat men zich concentreert op het MDSS see en minder aandacht schenkt aan de plaats van dergelijke systemen binnen de bredere organisatorische context van het bedrijf. Het onderzoek dat in dit artikel wordt beschreven richt zich juist op de verwevenheid van het MDSS met de bedrijfsomgeving waarbinnen MDSS worden ontwikkeld en gebruikt. Deze bedrijfsomgeving bestaat uit verschillende afdelingen, hierarchische niveaus en functionarissen met verschillende taken. De centrale vraag binnen ons onderzoek is in welke mate de bedrijfsomgeving van invloed is op het gebruik, de wijze van totstandkoming en het succes van MDSS. Het onderzoek is financieel mogelijk gemaakt door het NIMA (Nederlands Instituut voor Marketing) en het ministerie van Economische Zaken

Marketing Decision Support Systemen bij Nederlandse bedrijven

Voor u liggen de uitkomsten van een onderzoek over marketing decision support systemen bij Nederlandse bedrijven. Bij marketing decision support systemen worden de mogelijkheden die de moderne informaticatechnologie biedt, aangewend ten behoeve van het marketing management. Door de toename en internationalisering van de concurrentie, door de snelle veranderingen in distributiekanalen en door het steeds hoger wordende tempo van produktvernieuwing (en veroudering) worden dergelijke marketing decision support systemen steeds meer een kritische succesfactor voor een onderneming. Door het snel toenemende aanbod van gegevens, bijvoorbeeld als gevolg van barcode-scanning, en door het steeds sneller beschikbaar komen van deze gegevens via systemen zoals Electronic Data Interchange (EDI) kunnen ook steeds betere marketing decision support systemen worden gebouwd. In deze studie is een momentopname gemaakt van de huidige stand van zaken met betrekking tot marketing decision support systemen in Nederland. Niet alleen is gekeken naar de mate waarin bedrijven over deze systemen beschikken, en de wijze waarop ze deze gebruiken, maar ook naar de factoren die aanschaf en gebruik bevorderen, zoals de wijze van implementatie en de attitude met betrekking tot marketing management. Verder is de intentie onderzocht om een marketing decision support systeem aan te schaffen c.q. te ontwikkelen bij bedrijven die op dit moment daar nog niet over beschikken. Wij spreken onze waardering uit jegens de Marketing Informatie Technologie (MIT) Groep en de Wetenschappelijke Kommissie van het NIMA die gezamenlijk het initiatief tot dit projekt hebben genomen. Onze waardering geldt ook voor degenen die binnen de VIFKA aan de totstandkoming van dit projekt hebben meegewerkt. Wij spreken verder onze dank uit aan de vier onderzoekers, die de studie in zijn definitieve vorm hebben opgezet en uitgevoerd. Door goed samenspel tussen praktijk en universiteiten is een voor marketing zeer relevant onderwerp, op indringende wijze geanalyseerd

Gamma probe and ultrasound guided fine needle aspiration cytology of the sentinel node (GULF) trial

Background: Sentinel node (SN) biopsy (SNB) detects clinically occult metastases of breast cancer and melanoma in 20-30%. Wound infections, seroma and lymph edema occur in up to 10%. Targeted ultrasound (US) of the SN, (with fine needle aspiration cytology (FNAC) if appropriate) has been investigated as a minimally invasive alternative, but reported sensitivity rates are too low to replace SNB. Our hypothesis is that the use of a handheld gamma probe concomitant with US may improve sensitivity. Our aim is to provide an overview of the current literature on preoperative nodal staging of clinical N0 melanoma patients, report on a pilot, and present a study protocol for a minimally invasive alternative to the SNB: Gamma probe and Ultrasound guided Fine needle aspiration cytology of the sentinel node (GULF trial). Methods: The GULF trial is a multicenter open single arm observational trial. Newly diagnosed cT1b-4N0M0 cutaneous melanoma or cT1-3N0M0 breast cancer patients, aged >18years, presenting for SNB are eligible. 120 patients will be included for preoperative targeted gamma probe guided US and FNAC of the SN. Afterwards all patients proceed to surgical SNB. Primary endpoint is the sensitivity of FNAC. Secondary endpoints include SN identification rate and the histopathological compatibility of Core Needle Biopsy and FNAC vs. SNB. Secondary endpoints were investigated in a pilot with 10 FNACs and marker placements, and 10 FNACs combined with Core Needle Biopsy. Results: A pilot in 20 patients showed that SN identification rate was 90%, supporting the feasibility of this technique. Discussion: There is broad experience with US (in combination with FNAC) prior to SNB, but sensitivity and specificity are too low to completely abandon SNB. Promising alternative techniques potentially will replace SNB in the future but more evidence is needed in the form of prospective studies. Accurate identification of the SN for US-FNAC has been proven feasible in our pilot. When adequate sensitivity can be reached, US-FNAC provides a minimally invasive alternative for the surgical SNB procedure. Trial registration: The GULF trial is registered in the Netherlands Trial Registry (NTR), ID: NRT5193. May 1st 2015

З історії меценатства в Катеринославі

The role of the melanocortin (MC) system in feeding behavior is well established. Food intake is potently suppressed by central infusion of the MC 3/4 receptor agonist α-melanocyte stimulating hormone (α-MSH), whereas the MC 3/4 receptor inverse-agonist Agouti Related Peptide (AGRP) has the opposite effect. MC receptors are widely expressed in both hypothalamic and extra-hypothalamic brain regions, including nuclei involved in food reward and motivation, such as the nucleus accumbens (NAc) and the ventral tegmental area. This suggests that MCs modulate motivational aspects of food intake. To test this hypothesis, rats were injected intracerebroventricularly with α-MSH or AGRP and their motivation for sucrose was tested under a progressive ratio schedule of reinforcement. Food motivated behavior was dose-dependently decreased by α-MSH. Conversely, AGRP increased responding for sucrose, an effect that was blocked by pretreatment with the dopamine receptor antagonist α-flupenthixol. In contrast to progressive ratio responding, free intake of sucrose remained unaltered upon α-MSH or AGRP infusion. In addition, we investigated whether the effects of α-MSH and AGRP on food motivation were mediated by the NAc shell. In situ hybridization of MC3 and MC4 receptor expression confirmed that the MC4 receptor was expressed throughout the NAc, and injection of α-MSH and AGRP into the NAc shell caused a decrease and an increase in motivation for sucrose, respectively. These data show that the motivation for palatable food is modulated by MC4 receptors in the NAc shell, and demonstrate cross-talk between the MC and dopamine system in the modulation of food motivation

Risk Factors for Positive Deep Pelvic Nodal Involvement in Patients with Palpable Groin Melanoma Metastases: Can the Extent of Surgery be Safely Minimized?: A Retrospective, Multicenter Cohort Study

Background: Patients with palpable melanoma groin metastases have a poor prognosis. There is debate whether a combined superficial and deep groin dissection (CGD) is necessary or if superficial groin dissection (SGD) alone is sufficient. Aim: The aim of this study was to analyze risk factors for deep pelvic nodal involvement in a retrospective, multicenter cohort of palpable groin melanoma metastases. This could aid in the development of an algorithm for selective surgery in the future. Methods: This study related to 209 therapeutic CGDs from four tertiary centers in The Netherlands (1992–2013), selected based on complete preoperative imaging and pathology reports. Analyzed risk factors included baseline and primary tumor characteristics, total and positive number of inguinal nodes, inguinal lymph node ratio (LNR) and positive deep pelvic nodes on imaging (computed tomography [CT] ± positron emission tomography [PET], or PET − low-dose CT). Results: Median age was 57 years, 54 % of patients were female, and median follow-up was 21 months (interquartile range [IQR] 11–46 months). Median Breslow thickness was 2.10 mm (IQR 1.